Tags

, , , ,

Het afgelopen jaar is voor mij een jaar geweest waarin er veel gebeurde. Mijn ups waren hoger dan anders, de downs juist dieper. Ik ben met momenten echt zielsgelukkig geweest en met momenten volkomen radeloos. Vandaag deel ik met jullie wat er gebeurde rondom mijn zoontje en wat dit mij gebracht heeft.

Als je kind het moeilijk heeft

Jarenlang dacht ik: “Als ik nou iets beter mijn best doe, dan zal het vast makkelijker gaan”. Het was een katalysator om me te gaan ontwikkelen, beter voor mezelf te zorgen en veel beter te gaan luisteren naar mijn eigen behoeftes. Maar in het najaar van 2018 was het tijd om aan de bel te trekken, want ondanks alle aanpassingen van ons als ouders, bleven we zien dat ons oudste zoontje iets nodig had wat méér was dan onze liefde. Er volgde een traject aan intakes en gesprekken en uiteindelijk was daar in het voorjaar van 2019 het gesprek bij de GGZ: “We hebben vastgesteld dat jullie zoontje een Autisme Spectrum Stoornis heeft”. Hulp zoeken was het moeilijkste en ook het krachtigste wat ik gedaan heb. Het nemen van je verantwoordelijkheid betekent soms het zeggen: “Ik kan het niet alleen..”

Snappen hoe mijn zoontje werkt en denkt, heeft heel veel gedaan voor de harmonie in huis. In de zomervakantie ging het thuis dan ook ontzettend goed. We werkten samen met mijn zoontje, leerden hem zijn grenzen te herkennen en aan te geven en richtten de weken zó in dat ze hanteerbaar voor hem waren. Het resultaat was een ontspannen kind waar eigenlijk niets “anders” aan te merken was. Na de zomer startte het schooljaar echter weer: nieuw klaslokaal, nieuwe juffen en een dagindeling met nog minder ruimte om te bewegen en veel echt werken. Al gauw kwamen de eerste signalen dat het niet lekker liep. Ondertussen probeerden we hulp te organiseren voor thuis met intake na intake. Om hulp te krijgen, moet er een probleem zijn en om een probleem te bewijzen moet je praten over alles wat er -niet- goed gaat. Hier zo op focussen kan iemand totaal uit zijn of haar kracht halen. Ik ben zelf hulpverlener en heb vaak intakes met mensen en heb van mijn eigen ervaring geleerd om mensen te vragen: “en wat gaat er góed?” Want ja, er is gedrag van mijn zoontje wat over grenzen gaat en waar anderen last van hebben én er is zoveel meer. Zijn focus, zijn humor, zijn creatieve talent, zijn doorzettingsvermogen en hoe hij tot in zijn ténen van dingen kan genieten: dát is wat je in kunt zetten om hem te helpen. Het is maar net met welke ogen je naar hem kijkt, want kijk je goed dan zie je een kind voor wie de wereld vaak eng, onduidelijk en niet goed te volgen is. En als je je dát bedenkt, dan zie je dat er eigenlijk ontzettend veel heel goed gaat.

Als je écht kijkt, wat zie je dan?

Mijn kracht vinden als moeder

Voor mij was 2019 dan ook een jaar waarin ik veel heb gewerkt aan acceptatie en waarin ik ook heb geleerd om veel krachtiger te gaan staan als moeder. Om op te komen voor mijn kind en om in staat te zijn al zijn mooie kanten te zien. Ik ben over mijn angst heen gestapt voor wat anderen denken en vinden. Ik ben de gesprekken aan gegaan met de ouders die over hem klaagden. We hebben gedeeld met alle ouders wat er speelt. En weet je wat er gebeurde? Er kwam steun. Ik liet me zien, in mijn kwetsbaarheid als moeder, in mijn liefde voor mijn kind. Het gevolg is dat we er veel minder alleen voor staan.

Deze week kwam mijn zoontje thuis van de naschoolse opvang. Hij had een activiteit mogen kiezen en koos ervoor het raam te beschilderen. Ze gaven hem verf en een schort en lieten hem helemaal zijn eigen gang staan. En JA, staat hij dan in zijn kracht! Twee uur lang was hij geconcentreerd bezig met zijn raamschildering en beschilderde het grote raam, helemaal in zijn eentje. Een paar dagen later vertelde hij “Ik zag een juf van de NSO, ze zei dat ze mijn raamtekening had gezien en hem heel mooi vond.” Ik vroeg hem hoe hij zich voelde toen die juf dat zei. “Heel fijn en heel blij.”, zei hij. Met tranen in mijn ogen dacht ik: “Ja, dít ben jij ook, wat fíjn dat dat nu gezien is!”

Over dansen en een leeg hoofd

Mijn grootste leerschool in alles is het dansen gebleven. Het is mijn uitlaatklep, een plek waar ik al mijn energie kan laten, waar ik heel boos of heel blij kan zijn en waar ik mijn lichaam voor mij kan laten praten. Mijn vader zegt altijd over mij dat ik een denker ben en als kind al eindeloos dacht. Als er in 2019 in mijzelf iets groots is veranderd, dan is het wel dat mijn hoofd een stuk stiller is geworden. In het dansen praat mijn lichaam voor mij, belichaam ik alles wat ik in dat moment ben. Natuurlijk heb ik gedachtes, maar ik ken ze eigenlijk niet zoveel waarde meer toe.

Ik zat dit jaar in het theater bij een voorstelling van Amanda Palmer. In alle kwetsbaarheid en radicale (zelf)compassie waar haar voorstelling over ging, brak ik tijdens het laatste liedje zelf ook open. In het laatste liedje bezong Amanda de achtbaan die het leven eigenlijk is.

Eigenlijk, tijdens het schrijven van deze blog, gebeurt dat wat het afgelopen jaar al zo vaak gebeurd is: mijn hoofd wordt stil, de woorden raken op en in mijn lichaam voel ik een heleboel ruimte, rust en stilte. Ik glimlach en wil alleen nog zeggen: weet je wel hoe ontzéttend waardevol JIJ bent. Alles wat jullie ons geven, dát is wat de postfabriek is.

Duizendliefs,
Kim